Dick van Tilburg van pootgoedverwerker De Kubbe in Biddinghuizen doet er met zijn medewerkers alles aan om telers van topkwaliteit pootgoed te voorzien. Hygiënisch werken en maximale partijcontrole zijn de rode draad bij elke bewerking die een aardappel bij De Kubbe ondergaat.

Kubbe1

Maar liefst 23.000 ton pootgoed vindt jaarlijks via De Kubbe zijn weg naar consumptietelers in het hele land en daarbuiten. Het was- en snijbedrijf is een belangrijke schakel tussen pootgoedtelers, handelshuizen, diverse verwerkers en de consumptietelers. Dat schept zeer grote verantwoordelijkheid en van Tilburg neemt dat serieus. “ Je wilt niet dat één van die partijen trammelant krijgt. En dus werken wij zo schoon en bannen we risico’s  uit.”

Hygiëneprotocol

Die manier van werken begint al zodra een partij pootgoed arriveert bij de Kubbe. Ondanks het feit dat het altijd om NAK-gekeurd pootgoed gaat, wordt van elke vracht een monster genomen en visueel geïnspecteerd door een geschoolde controleur. Als er iets aan een partij mankeert, wordt de partij opnieuw gelezen. Eenmaal in de bewaarcel (De Kubbe heeft er 14) wordt elke partij elke week geïnspecteerd. De kwaliteitsmedewerker van de Kubbe is daar, als alles vol ligt, een hele dag mee bezig. Van Tilburg ziet het hygiëneprotocol van LTO en NAO als een belangrijk instrument om de pootgoedketen te beschermen tegen fytosanitaire risico’s. “Het protocol is weliswaar niet dwingend maar het is onderschreven door een groot deel van de ketenpartijen en dat is een goede zaak”. Het protocol heeft ook consequenties voor De Kubbe zelf. Zo zullen de eigen kisten van het bedrijf nooit op het erf van een consumptieteler belanden om contact met consumptieaardappels te voorkomen. Die kisten worden ook elk jaar gewassen en ontsmet.

Labelen onder NAK-toezicht

Omdat de meeste partijen pootgoed bij de Kubbe een bewerking ondergaan en vaak over meerdere bestemmingen worden verdeeld, is het bedrijf gemachtigd om pootgoed opnieuw te labelen. Dat gebeurt onder toezicht van de NAK; in het hoogseizoen is er 6 dagen per week 12 uur per dag een NAK-inspecteur op het bedrijf. Ook dit is een belangrijke borging van de kwaliteit. Minder zichtbaar maar wel heel belangrijk bij de kwaliteitzorg is de manier waarop De Kubbe de aardappels kan volgen door het bedrijf. Elke kist heeft een chip die wordt gelezen bij elke verplaatsing met een heftruck. Van elke kist kan worden vastgelegd welke behandeling de aardappels hebben ondergaan en wanneer. Dit heeft uiteraard logistieke voordelen maar kan ook van pas komen bij eventuele tracering door de NVWA.

Controleer pootgoed bij aankomst

Ondanks alle kwaliteitszorg die De Kubbe aan het uitgangsmateriaal besteedt, raadt van Tilburg telers aan om een partij bij ontvangst altijd zelf visueel te controleren en dat te doen als de aardappels nog op de vrachtauto of kipper staan. “Het blijft een natuurproduct en het is mensenwerk”, verklaart Dick. “ En als er dan toch iets aan het pootgoed mankeert, kan de teler dit aan zijn Aviko buitendienstmedewerker melden. Die zijn op de hoogte van de geldende kwaliteitseisen en zijn getraind om kwaliteitsgebreken te herkennen. De agronomen van Aviko nemen een klacht daarna snel in behandeling, is mijn ervaring.”

Opslaan in kisten

Om de kwaliteit van het pootgoed ook na ontvangst door de consumptieteler op peil te houden, heeft Van Tilburg nog een advies. “Als je het pootgoed niet direct kunt of wilt planten, sla het dan op in kisten of bigbags of desnoods in een dunne laag op een geventileerde vloer in een cel waar geen kiemremmende behandelingen hebben plaatsgevonden. Je moet de poters zeker niet langere tijd in een kipper laten staan. Dan holt de kwaliteit achteruit.”