Een rondje buitendienst op 25 en 26 oktober leert dat in de meeste regio’s 85 tot 90% van de aardappelen is gerooid. Het rooien verloopt over het algemeen redelijk voorspoedig en de aardappels komen schoon binnen. Wel zijn er zorgen over holle knollen.

Als er de tweede helft van oktober in een regio veel werk is verzet met de aardappeloogst, dan is het wel in Zuidwest-Nederland geweest. “Bij de inventarisatie die we elke vrijdag met de buitendienst doen, zat ik op 15 oktober op 38% gerooid; een week later was dat 82%. Maar de boeren hebben dan ook dag en nacht doorgereden”, vertelt Jan-Willem de Weert over ‘zijn’ gebied. Met ca. 85% gerooid op 26 oktober benadert hij nu de 90% die zijn collega’s Chris van den Boogaart en Edwin Schrotenboer melden. Het zijn vaak vooral de grotere telers die nog een paar dagen rooibaar weer nodig hadden om de laatste bunders achter de planken te krijgen. De oogst van de Hansa’s voor het koelverse segment in Oost-Brabant en de Achterhoek is nagenoeg klaar. Hetzelfde geldt in de andere (klei)regio’s voor de Innovators. In Agria, Fontane, Markies en Victoria wordt nog geoogst. “En in de Haarlemmermeer zijn alle Aviko-telers al klaar”, weet Edwin Schrotenboer. In de andere regio’s hebben de telers het rooien begin week 43 weer opgepakt. “Er wordt begin november weer serieuze neerslag voorspeld, dus het moet nu gebeuren”, aldus de Weert.

Opbrengst gemiddeld

De indrukken van de opbrengst variëren maar de kreet ‘gemiddeld’ is waarschijnlijk het beste op z’n plaats. In het gebied van Chris van den Boogaart zijn de Agria’s goed. De Fontane’s schat hij in op 55 ton uit de schuur, dus ongeveer gemiddeld. “Maar op maagdelijke gronden komen uitschieters van 80 ton Fontane voor.” Het is Van den Boogaart opgevallen dat er vaak grote verschillen zijn tussen en zelfs binnen percelen. Jan-Willem de Weert ziet hetzelfde beeld. “Dat maakt het ook lastig om in te schatten hoe groot de opbrengsten zijn. Maar in mijn gebied vallen zowel Fontane als Agria een beetje tegen.” Edwin Schrotenboer ziet Agria’s gemiddeld presteren en de andere rassen een beetje onder gemiddeld. “Maar, attendeert hij, er liggen alleen maar aardappelen in de boxen. Er zit amper een kluit tussen. Dus het verschil bruto-netto zal klein zijn.”

Holle knollen

Hoewel de Innovator geen problemen met holle knollen heeft, worden uit alle regio’s situaties met holle knollen in Agria en Fontane gemeld. Vooral in het Oosten en Zuidoosten zijn percentages van 5 tot 10% hol geen uitzondering. “En hoger komt ook voor”, aldus Chris van den Boogaart. In de regio’s van Schrotenboer en de Weert zijn de problemen minder groot. “Het gaat meestal om een klein hol streepje, maar incidenteel is het toch wel schrikken”, aldus de Weert. Hij vindt het lastig om de holle knollen te verklaren. “Het leek afgelopen seizoen best wel aardappelweer, met geregeld een buitje en geen extreme temperaturen. Maar de groei heeft toch ergens gehaperd.” Overigens zijn er nog geen problemen gemeld met lekkende knollen. “Maar we weten pas over ongeveer een maand hoe de knollen zich houden in de bewaring”, meent Schrotenboer. “Dus voorlopig moeten telers attent zijn op boxen met Agria en Fontane”. Van den Boogaart onderschrijft dat volmondig. “Je moet meerdere keren per week de box inspecteren. Begin met je ogen dicht en ruiken. En dan ogen open en goed kijken.”

Kwaliteit en tarra

De buitendienstmedewerkers benadrukken dat Aviko z’n uiterste best doet (en blijft doen) om zo goed mogelijk om te gaan met partijen met hol. Deze partijen geven niet alleen een kortere gemiddelde frietlengte maar hebben vaak ook een afwijkende bakkwaliteit doordat de drogestof verdeling afwijkt van normaal. “De keurmeesters en de operators doen hun uiterste best om het maximale uit een partij te halen”, aldus Van den Boogaart. Bovendien hebben we  dit seizoen de keuringsnorm voor hol verlicht.  Holle knollen tellen hoe dan ook niet mee als tarra.” De grofte van de meeste partijen en rassen is gemiddeld en het onderwatergewicht ligt met 380 tot 400 op een goed niveau. Er zijn geen problemen met blauw. Wel zaten de knollen dit jaar wat hoger in de rug met meer groene knollen tot gevolg. En Van de Weert en Schrotenboer zien meer dan andere jaren vreterij door slakken en/of ritnaalden. “De telers missen de Mocap”, aldus van de Weert.  Van den Boogaart meldt dat Limburgse telers van wie de percelen onder water hebben gestaan de problemen met rot goed onder controle hebben gekregen.

Bewaren na inschuren

Doordat de aardappelen vaak over een langere periode en onder verschillende omstandigheden zijn gerooid is het volgens de buitendienstmedewerkers van Aviko Potato wel opletten in de eerste weken van de bewaring. “Het is belangrijk dat de temperatuur overal in de hoop gelijk is”, aldus Van den Boogaart. “In deze tijd van het jaar kan de temperatuur van de aardappelen in de rug binnen een dag al flink variëren. Bij grote temperatuurverschillen in de hoop adviseer ik om na de oogst eerst een nacht intern te ventileren met de deur open.” Ook snel drogen na de oogst is belangrijk, stellen Schrotenboer en de Weert. “Vooral de later geoogste partijen zijn vaak wat vochtig binnengekomen. Zet er desnoods een kachel bij, want de partij mag ook weer niet te snel afkoelen. Dan duurt de wondheling te lang.”

MH / kiemremming

De meeste telers gaan dit seizoen door met het kiemremmingsmiddel waar ze afgelopen jaar ervaring mee hebben opgedaan, schatten de buitendienstmedewerkers. “De meeste middelen hebben ook goed gewerkt, stelt Van den Boogaart, maar er is wel een kleine kanttekening. Afgelopen bewaarseizoen was het door het koude voorjaar relatief makkelijk om de knollen lang rustig te houden. Maar dat geeft geen garantie voor het komende seizoen.” Het startmoment van de kiemremming zal voor een belangrijk deel afhangen van het succes van de MH-bespuiting. “De omstandigheden voor die bespuiting waren in de meeste gevallen goed, maar er gingen ook percelen al in augustus hard achteruit. Dan is het onzeker of de MH voldoende is opgenomen. Het blijft dus belangrijk om de aardappelen goed te volgen”, besluit de Weert.